We doen geen concessies als het gaat om het basisniveau geletterdheid en doen er alles aan om alle leerlingen leesplezier bij te brengen.
Goed kunnen rekenen en lezen is bepalend voor het succes van onze leerlingen, zowel nu als in hun verdere loopbaan. Een juiste focus daarop vergroot ieders kansen. Aandacht voor basisvaardigheden, hoge verwachtingen en kansrijk onderwijs zijn op ASKO-scholen zichtbaar in het primaire proces en vindt zijn basis in de blijvende ontwikkeling en onderzoekende houding van onze professionals. Goed onderwijs moet vanzelfsprekend zijn om de kansen van alle leerlingen te verhogen. Leesvaardigheid is daarvoor de basis, zodat ook leerlingen zelf in hun eigen leerproces zich kunnen verbinden aan de eigen ambities en de leerstof om succesvol te kunnen zijn in het vervolg.
We denken dus bewust na over wat we leerlingen willen meegeven wanneer ze de overstap naar het voortgezet onderwijs maken. We hebben de verantwoordelijkheid om te zorgen voor een zo sterk mogelijke voedingsbodem voor leren en ontwikkelen in een diverse samenleving, die voortdurend in verandering is. Onze scholen bieden een uitdagende taalrijke omgeving, waarin leerlingen veel nieuwe woorden en zinnen horen en leren gebruiken met als doel om de leesvaardigheid en geletterdheid van leerlingen te bevorderen.
Geschreven taal vormt ook de basis van digitale geletterdheid. Digitale geletterdheid draait om alles wat iemand in een digitale samenleving moet kennen en kunnen. Naast taal, rekenen en andere vakken, moeten leerlingen o.a. goed leren werken met de computer of kritisch kunnen omgaan met onlinebronnen. Met goede lees- en rekenvaardigheden zijn leerlingen een heel eind op weg naar digitale geletterdheid.
Veel hangt af van de kwaliteit van de instructie en van het differentiëren in de klas en het inzetten van adequate strategieën voor leerlingen met andere taalachtergronden en met taalachterstanden. De schoolleider schept daarbij de voorwaarden waarbinnen een team zich professioneel kan blijven ontwikkelen om het (taallees)onderwijs voor leerlingen vorm te geven vanuit een gedeelde visie.
Zo urgent is het
Minstens 1 op de 10 leerlingen in groep 3 krijgt op latere leeftijd problemen met het gebruiken en begrijpen van geschreven taal . Kinderen die opgroeien in een taalarme omgeving lopen later meer risico om laaggeletterd te worden. Verminderd leesplezier is daarbij een bepalende factor. Om goed te leren lezen, is leesbegrip het belangrijkst. En goed leesbegrip staat of valt met een taalrijke omgeving, waarin kinderen veel nieuwe woorden en zinnen horen. Bijvoorbeeld door te luisteren naar hun ouders die voorlezen of de dag doorspreken. Horen kinderen weinig gesprekken of veel dezelfde woorden, dan is er sprake van een taalarme omgeving.
We hebben aandacht voor leerlingen die zijn opgegroeid met een andere taal dan Nederlands of in een andere taalachtergrond. Ook voor hen moet er sprake zijn van een omgeving waarin zij voldoende leesbegrip en leesmotivatie kunnen laten zien. We zien de meertaligheid van kinderen als een kans en een verrijking, niet als probleem of achterstand.
We willen benadrukken dat we ook aandacht moeten hebben voor de meerbegaafde leerlingen. Het is nog altijd niet vanzelfsprekend dat zij succesvol zijn in het vervolgonderwijs. Focus op geletterdheid van leerlingen betekent óók focus op het succes van dit type leerlingen.
Wat hebben we over vier jaar bereikt?
Welk onderwijsconcept er ook ten grondslag ligt aan de school of welke schoolvisie ook wordt uitgedragen, alle professionals van ASKO zijn onvoorwaardelijk doordrongen van de noodzaak om de basisvaardigheden voor álle leerlingen te versterken. Wie over vier jaar één van onze scholen binnenloopt, ervaart dat leraren hoge verwachtingen uitspreken en dat ze leerlingen inspireren en uitdagen om te leren. Je ziet dat leerlingen gemotiveerd zijn om de woorden en begrippen te oefenen waarmee ze zichzelf versterken en ze ontvangen een kansrijk VO-advies. Onze scholen hebben over vier jaar lees-taalspecialisten die in een netwerk onderling kennis delen en creëren. Samen met het team vertalen ze wetenschappelijke inzichten in praktisch toepasbare werkwijzen en aanpakken. ASKO-scholen integreren lezen betekenisvol in zaakvakken en doen afstand van methodisch werken en Begrijpend Lezen als vak.
Onze leerlingen kunnen kritisch en met belangstelling (online) teksten lezen. Om kritisch te kunnen denken is een gegronde kennisbasis noodzakelijk; onze scholen dragen die basis bij. Zij zorgen ook voor een doorgaande lijn tussen wereldoriëntatie-thema's, boeken, het schrijven van teksten en het onder begeleiding maken van digitale producties zoals filmpjes en digitale verhalen.
Wat spreken we af om leerlingen maximale kansen te bieden?
- Onze scholen hanteren de landelijk vastgelegde minimale meetbare doelen voor geletterdheid, passend bij de kwaliteiten van de leerlingen. Deze minimale doelen liggen hoger dan de signaleringswaarden van de Inspectie van het Onderwijs, waarbij alle leerlingen met minimaal 1F-referentieniveau de ASKO-school verlaten en we streven ernaar dat alle leerlingen met een advies van vmbo-b of hoger op 2F-niveau functioneren. Er is daarbij ook aandacht voor de meerbegaafde leerlingen.
- Onze scholen vergroten systematisch het leesplezier bij leerlingen.
- Onze scholen bevorderen de (digitale) geletterdheid van leerlingen én medewerkers door te investeren in het opdoen van kennis en het bijbrengen van digitale vaardigheden.
- Onze scholen zetten waar mogelijk meertaligheid en de achtergrond van leerlingen expliciet in.
Hoe weten we dat we onze doelen bereikt hebben?
- Het bestuur realiseert een professionele bovenschoolse kwaliteitscultuur waarin een onderzoekende houding en het delen van kennis over effectief leesonderwijs centraal staat.
- Het bestuur ervaart merkbare verbetering in processen en resultaten, waarbij leerlingen hun eerdere gemiddelde scores op leesbegrip, leesmotivatie en presentatievaardigheden overtreffen.
- Het bestuur benchmarkt de resultaten met die van andere schoolbesturen en gebruikt de conclusies voor gerichte bijsturing.
- Het bestuur initieert onderzoek dat op deze doelen is gericht, waaraan álle scholen deelnemen.